Moni Tori - 24

KWALITEIT VAN MUNTEN (II)

In Moni Tori 23 hebben wij aandacht besteed aan de mate van slijtage van een munt, welke wordt aangegeven door een aantal kwaliteitsaanduidingen. In voornoemde Moni Tori zijn de volgende kwaliteitsaanduidingen behandeld: gepolijste stempel/proof, prooflike en FDC (Fleur de coin).

In deze Moni Tori gaan we verder met de overige kwaliteitsaanduidingen:

2� gulden Willem III in de kwaliteit P.
Deze kwaliteit vertoont nauwelijks sporen van slijtage.
Let op het haar en de baard.
Ook de wenkbrauw is nog duidelijk zichtbaar.

2� gulden Willem III in de kwaliteit ZF.
Bij deze kwaliteit vertonen de hogere delen slijtage.
Het haar direct onder de scheiding vertoont duidelijk slijtage.
De punten van de haren van de baard zijn niet scherp meer.
De wenkbrauw is niet goed meer zichtbaar.

De kwaliteiten ZG en G worden niet in alle almanakken opgenomen, omdat de munten in deze kwaliteit bijna niet verhandeld of verzameld worden. Alleen zeldzame jaartallen hebben nog een zekere waarde in deze kwaliteit. De waarde van ZG ligt op ongeveer 30-50 % van de Fraai-waarde.
Met een + of een � wordt aangegeven dat een munt iets beter dan wel iets slechter is dan de genoemde kwaliteit.
Met F / ZF wordt aangegeven dat de kwaliteit van de totale munt tussen F en ZF in ligt. Hoewel deze conserveringsgraden regelmatig aanleiding geven tot misverstanden, omdat de verschillen tussen de diverse kwaliteitsaanduidingen niet eenduidig vast te leggen zijn, valt er in de praktijk toch redelijk mee te werken.

Bron:

� 2008 Centrale Bank van Suriname